Een deel is opgeslagen in ROM. De gegevens die zijn opgeslagen in de ROM-chip kunnen niet gewijzigd worden, want ze zijn in de chip gebrand. Het is dus embedded software.
Het andere deel is opgeslagen in de CMOS-chip. Deze chip lijkt op een gewone geheugenchip. De gegevens die hierin zijn opgeslagen, kunnen wel gewijzigd worden. De chip is verbonden met een kleine oplaadbare batterij die ervoor zorgt dat de instellingen bewaard blijven als de computer uit staat.
backup batterij
De batterij die de CMOS-chip op het moederbord van spanning voorziet als de computer is uitgeschakeld.
Batterij Op de batterij van de CMOS-chip is een klokje aangesloten. Daardoor is het mogelijk dat de systeemtijd en de systeemdatum doorlopen als de computer is uitgeschakeld. De batterij wordt opgeladen als de computer aan staat.
Het komt wel eens voor dat de batterij niet meer werkt. Dat kan ook gebeuren als je na het gebruik van de pc altijd de stekker eruit haalt of de schakelaar op het stekkerblok uitzet. Alle BIOS-instellingen gaan dan verloren. Het is afhankelijk van het systeem of het dan nog opstart.
Als de BIOS-instellingen verdwenen zijn, worden automatisch de standaardinstellingen uit het ROM naar de CMOS-chip gekopieerd. Je bent dan dus ook de juiste datum en tijd kwijt. Harde schijven worden vaak nog herkend omdat ze automatisch bij het opstarten gedetecteerd worden.
In het ROM is een programma opgeslagen waarmee je de gegevens in de CMOS-chip kunt wijzigen. Dat programma wordt Setup genoemd.
2. Opstarten van de computer
Het is nuttig om te weten wat er bij het opstarten van de computer gebeurt. Zo kun je vaststellen wat er mis is als het systeem op een bepaald moment bij het opstarten blijft hangen. Je kunt het opstarten tijdelijk onderbreken door op de toets Pause/Break op het toetsenbord te drukken. Vervolgens kun je de meldingen op het scherm lezen. Als het opstarten stilgezet is, kun je het weer vervolgen met de Enter-toets.
Opstarten van de computer De stappen die uitgevoerd worden als je de computer opstart, worden hieronder beschreven:
De computer wordt ingeschakeld. De ventilator wordt gestart en er wordt spanning op het moederbord gezet.
De opdrachten in de POST worden door de processor uitgevoerd. Telkens wordt er een onderdeel getest en vervolgens geïnstalleerd.
De POST verloopt als volgt:
Als eerste worden de onderdelen van de processor getest. Zo wordt er gekeken of de kloksnelheid juist is en of de interne cache werkt. Als deze tests niet met succes voltooid worden, blijft het beeld zwart en gebeurt er niets.
Direct na de processor wordt de videokaart getest. Als deze niet goed is, wordt een waarschuwingssignaal gegeven. Meestal is dat een korte en een lange piep. Het beeld blijft zwart.
BIOS Na controle van de grafische kaart gaat het BIOS op het moederbord verder met de controle.
Het BIOS toont:
Bios scherm Bios scherm
het geïnstalleerde processortype (type, naam en snelheid);
het geheugen dat wordt geteld en gecontroleerd;
de controle van het Plug-and-Play gedeelte van het BIOS: welke PnP-apparaten aanwezig zijn en wie welke systeembronnenkrijgt (IRQ, I/O-adres en DMA).
Is er iets niet in orde, dan verschijnt er een foutmelding. Het systeem kan bijvoorbeeld melden dat er geen toetsenbord aangesloten is. Het probleem dat deze foutmelding veroorzaakt, zal dan eerst moeten worden opgelost!
Voorbeeld Stel je bouwt een modem in met de instellingen van COM2 (I/O: 2F8; IRQ: 3). Als er al een ander apparaat op COM2 is aangesloten, zal de computer de volgende foutmelding geven:
Conflict I/O port: 2F8
Hiermee geeft het systeem het volgende aan. Bij het starten van de computer is bij twee of meer apparaten hetzelfde I/O-adres gevonden, namelijk 2F8.
Je kunt dit alleen verhelpen door ieder apparaat een uniek I/O-adres te geven. Bij DMA-adressen heb je dit probleem minder snel omdat niet ieder apparaat een DMA-kanaal nodig heeft.
3. Initialiseren
Als geen enkel onderdeel een foutmelding geeft, worden de standaardwaarden van de apparaten ingesteld. Dit heet initialiseren. Daarna wordt gezocht naar de opstartbestanden op de startschijf en wordt het besturingssysteem geladen.
Aangetroffen apparaten
Als de POST gelukt is, verschijnt een korte samenvatting van belangrijke apparaten die in en om de computer aanwezig zijn (zie de figuur hieronder). Bovenaan worden het processortype, second level (L2) cache en het geïnstalleerde geheugen herhaald.
Het voorbeeldscherm laat zien dat volgens de instellingen van het BIOS het volgende aanwezig is:
een 3,5" diskettestation;
een harde schijf ;
een cd-romspeler op de Secondary IDE-poort, die is ingesteld als SLAVE;
twee communicatiepoorten: 3F8 en 2F8 (ook wel COM1 en COM2 genoemd);
één parallelle poort: 378 (LPT1 oude printerpoort).
Daarna gebeurt het volgende:
na post
Samenvatting na de POST.
De aansluiting en aanwezigheid van het toetsenbord wordt getest. Als hier een fout gevonden wordt, verschijnt er een melding. Deze melding krijg je ook als er een toets vastzit of als je een toets ingedrukt houdt.
Het diskettestation en de harde schijf worden getest en geïnstalleerd. Ook hierbij wordt een foutmelding weergegeven als er een fout gevonden wordt.
Er wordt gekeken hoeveel printerpoorten en communicatiepoorten er zijn. Ook kaarten in de computer (zoals modems, netwerkkaarten en geluidskaarten) worden bekeken. Sommige van deze kaarten hebben een eigen BIOS. Als dat zo is, worden enkele gegevens naar het gereserveerde geheugen gekopieerd.
De POST is nu voltooid. Het systeem geeft één korte piep als signaal dat de POST met succes is afgesloten.
Na de POST wordt de MBR van de opstartdiskette of de harde schijf gelezen. De MBR is een deel van de schijf waarin is vastgelegd waar de computer de bestanden van het besturingssysteem kan vinden. Daarna worden de bestanden van het besturingssysteem geladen.
Meestal zie je tijdens de POST het logo van de fabrikant met het versienummer van het BIOS, het jaartal van productie en de datum waarop het BIOS verschenen is. Er zijn diverse BIOS-fabrikanten, waaronder:
AWARD
AMI
Phoenix
Microid Research
Intel
Hoe kan ik de specificaties van mijn systeem achterhalen?
U kunt met verschillende gratis softwareprogramma's een overzicht ophalen van de hardware die op uw computer is geïnstalleerd. U kunt deze informatie gebruiken om een inventaris van uw systeem te maken, de geïnstalleerde apparaten weer te geven en de specificaties van uw systeem vast te stellen.
OPLOSSING
Programma's zoals CPUID PC Wizard of SIW, scannen de hardware van het systeem en geven u informatie over bijvoorbeeld:
De hoeveelheid geïnstalleerd Random Access Memory (RAM), het type, de snelheid en het aantal geheugenmodules.
Informatie over het moederbord, bijvoorbeeld over het model chipset en het aantal beschikbare geheugensleuven.
Gedetecteerde en geïnstalleerde apparaten, zoals grafische kaarten, geluidskaarten of netwerkadapters.